Visie

Er zijn veel verschillende zangtechnieken, en allemaal hebben ze zich te verhouden tot de rol die de adem speelt bij het zingen. Bij sommige wordt er niet of nauwelijks over de adem gesproken, omdat dat het zingen alleen maar ingewikkelder zou maken; hoe meer nadruk je er op legt, hoe slechter het gaat.

Bij ‘zingen vanuit de stromende adem’ is het omgekeerde het geval. De adem is juist meer dan één van de onderdelen van het zingen.  De adem is het fundament waarop de stem, de tekst en de resonantie worden gebouwd.

Hoe werkt dat? Vergelijk het met lachen. Als je lacht, bereid je niet eerst je resonantie voor of de klank, of stel je je ademsteun in. Je begint gewoon te lachen. Alles werkt samen, het gaat vanzelf. Je kunt het hoog en laag, hard en zacht en op iedere klinker. Maar als je begint te lachen gebeurt er van alles in je lichaam (= je zanginstrument!), en terwijl je lacht verandert het steeds.

Als je lichaam een lach inzet, hoor je steeds als eerste een beetje lucht (zeg maar: de ‘h’ in  ‘ha ha ha’). Deze lucht of adem maakt meteen contact met het middenrif dat hierop reageert door een beetje verder af te platten en de klank ‘a’ volgt meteen hierna. Het lichaam weet hoe dit werkt en kent de balans voor alle toonhoogtes en ook voor hoe hard of zacht je wilt lachen. Vandaar de titel van het boek dat ik schreef: ‘Zing zoals je lacht’.

De ondertitel van het boek luidt: ‘zingen vanuit de stromende adem’. Ik geef dus aan de adem de leidende rol. Het is een natuurlijke manier van zingen, waarbij de andere onderdelen door de adem worden afgedwongen. Adem is de draad die je al zingend door de kralen (lees: noten) rijgt om een ketting te maken. Adem zorgt voor het legato en maakt zingen tot muziek.

Is ‘zingen vanuit de stromende adem’ een methode? Ja, in die zin dat het zingen op deze manier hoorbaar anders klinkt. Een methode suggereert dat er een vaste route is om deze manier van zingen te leren. Maar de weg hier naar toe is voor iedereen weer anders.

Kracht of ontspanning

In mijn werk zie ik, ten opzichte van een aantal jaren geleden, het te veel op kracht zingen veranderen in het juist te ontspannen zingen. Een zanger begint bijvoorbeeld  in  de resonantie  te hangen in plaats van deze aan te blijven spreken,  waardoor de ademsteun niet genoeg afgedwongen wordt. Of de klinkers verdwijnen te ver naar achteren waardoor er gevaar ontstaat voor druk op de keelspieren.   Dit te ontspannen zingen kan  op termijn net zulke  grote problemen opleveren als het te veel op kracht zingen.